VVD over (De)stigmatisering
Het taboe dat bestaat op psychische problematiek moet doorbroken worden. Er niet over praten of verzwijgen of het stigmatiseren van deze problemen heeft juist een averechts effect. De VVD vindt dat destigmatisering een taak van iedereen is, zoals ouders, scholen en sportclubs, maar ook van de overheid. De VVD vindt het bijvoorbeeld goed dat de overheid de ‘Hey, het is oké’-campagne heeft opgezet, over het bespreekbaar maken van mentale klachten.
De VVD wil het probleem van het stijgend aantal personen met onbegrepen (verward) gedrag aanpakken door meer en andere samenwerking te creëren tussen gemeente, zorg en politie. De samenwerking tussen deze drie domeinen kan beter en moet structureel worden om zo escalatie en/of herhaling te voorkomen. Personen zijn zo namelijk eerder in beeld en kunnen zo eerder geholpen worden om onbegrepen (verward) gedrag tegen te gaan. Ook kan door samenwerking meteen een juiste behandeling of plek gevonden worden indien zich toch een escalatie voordoet, omdat de persoon al bekend is of omdat er gezamenlijk een juiste plek gevonden kan worden. Met het werkveld willen we onderzoeken hoe we de versnippering van deze zorg beter tegen kunnen gaan. We willen de mogelijkheden verbeteren voor veilige informatiedeling tussen gemeentes en ggz-instellingen zodat zorg en veiligheid beter en veilig aan elkaar verbonden worden. Daarmee ondersteunen we ook de politie.
CDA over (De)stigmatisering
Voor discriminatie is geen enkele plaats in onze samenleving. Uitsluiting en belediging op welke grond dan ook is een gif dat verhoudingen tussen mensen en groepen verziekt en mensen uit elkaar drijft. Het CDA is juist een partij voor solidariteit onderling. Voor gemeenschappen en daar hoort iedereen bij.
Voor het omgaan met o.a. onbegrepen en ‘verward’ gedrag zijn meerdere maatregelen en veel samenwerking nodig, bijvoorbeeld tussen politie en GGZ. Dus ambulante zorg moet worden opgebouwd en projecten als bemoeizorg, factteams etc. moeten worden versterkt. Er zijn ook veel ervaringsdeskundigen met verward gedrag die aan professionals kunnen uitleggen welke aanpak het beste werkt voor deze kwetsbare doelgroep.
D66 over (De)stigmatisering
Draagvlak en begrip kweek je door goede voorlichting en door het gesprek aan te gaan. Dit kan vanuit het Rijk (denk aan de grote landelijke campagne om depressiviteit uit het verborgene te halen) of op gemeentelijk of zelfs wijk-niveau. Door bijeenkomsten te houden waar ook ervaringsdeskundigen bij aanwezig zijn, door in gesprek te gaan met buurtgenoten, en uitleg te geven over verward of onbegrepen gedrag. Ook in het onderwijs werken we aan het creëren van begrip en draagvlak, zodat kinderen en jongeren al vroeg bekend raken met psychische aandoeningen net zoals ze dit in grotere mate al zijn met fysieke aandoeningen. Zo gaan we meer aandacht besteden aan neurodivergentie in het basis- en middelbaar onderwijs, op de werkvloer en in opleidingen van zorgverleners. Daarmee komt meer aandacht voor de verschillende manieren waarop het brein van mensen werkt, bijvoorbeeld als het gaat om communicatie en het omgaan met en het verwerken van prikkels en informatie. Bovenal is het belangrijk dat mensen elkaar leren kennen zodat men met elkaar leert leven in plaats van tegenover elkaar. Dat kan bijvoorbeeld met behulp van buurtbemiddelaars, sociaal werkers, de buurt-GGZ zoals door ons voorgesteld, of de sociaal psychiatrisch verpleegkundige. We stimuleren huisvestingsbeleid dat leidt tot diversere wijken.
We gaan discriminatie van neurodivergente mensen door overheid en politie, en op de arbeids- en woningmarkt harder tegen. Ook komt er een recht op werk voor mensen met een arbeidsbeperking en een nieuw type sociale werkvoorziening die zorgt voor betekenisvol werk dicht bij huis, met voldoende begeleiding en een volwaardig inkomen. Door deze maatregelen raken mensen minder snel geïsoleerd, en worden (ergere) klachten voorkomen.
GroenLinks/PvdA over (De)stigmatisering
We strijden voor de emancipatie van en gelijke rechten voor gemarginaliseerde groepen en tegen iedere vorm van uitsluiting en discriminatie. Daarnaast willen we in iedere zorgregio een preventiebudget beschikbaar stellen. Uit dit preventiebudget willen we onder meer voorlichting financieren zodat jongeren psychische problemen leren herkennen en stigma’s bespreekbaar worden gemaakt en tegen worden gegaan. We zorgen voor de uitwisseling van praktijkkennis tussen ggz, het sociale domein en politie-en hulpdiensten om te voorkomen dat personen met verward gedrag onnodig in de cel of op straat belanden.
SP over (De)stigmatisering
Stigmatisering is absoluut onwenselijk. Het moet makkelijker en gewoner worden voor mensen om te praten over (hun) psychische gesteldheid. Schaamte voor het bespreken van een psychische kwetsbaarheid is niet nodig. Mensen moeten daarnaast psychische problemen kunnen herkennen, beter begrijpen en weten waar zij bij zorgen of vragen terecht kunnen. Initiatieven om hiervoor aandacht te geven, zoals bijvoorbeeld publieke campagnes, voorlichting (op scholen) of andere (laagdrempelige) initiatieven zal de SP dan ook steunen. Degelijke aandacht voor de ggz dient een plaats te krijgen in het basispakket preventie dat de SP bepleit. Hierdoor worden gemeentes verplicht hier aandacht aan te besteden. Daarnaast heeft de Rijksoverheid ook hierin een taak als het gaat om publieke campagnes en andere informatievoorziening.
Partij voor de Dieren over (De)stigmatisering
Draagvlak en begrip kweek je door goede voorlichting en door het gesprek aan te gaan. Dit kan vanuit het Rijk (denk aan de grote landelijke campagne om depressiviteit uit het verborgene te halen) of op gemeentelijk of zelfs wijk-niveau. Door bijeenkomsten te houden waar ook ervaringsdeskundigen bij aanwezig zijn, door in gesprek te gaan met buurtgenoten, en uitleg te geven over verward of onbegrepen gedrag. Ook in het onderwijs werken we aan het creëren van begrip en draagvlak, zodat kinderen en jongeren al vroeg bekend raken met psychische aandoeningen net zoals ze dit in grotere mate al zijn met fysieke aandoeningen. Zo gaan we meer aandacht besteden aan neurodivergentie in het basis- en middelbaar onderwijs, op de werkvloer en in opleidingen van zorgverleners. Daarmee komt meer aandacht voor de verschillende manieren waarop het brein van mensen werkt, bijvoorbeeld als het gaat om communicatie en het omgaan met en het verwerken van prikkels en informatie. Bovenal is het belangrijk dat mensen elkaar leren kennen zodat men met elkaar leert leven in plaats van tegenover elkaar. Dat kan bijvoorbeeld met behulp van buurtbemiddelaars, sociaal werkers, de buurt-GGZ zoals door ons voorgesteld, of de sociaal psychiatrisch verpleegkundige. We stimuleren huisvestingsbeleid dat leidt tot diversere wijken.
We gaan discriminatie van neurodivergente mensen door overheid en politie, en op de arbeids- en woningmarkt harder tegen. Ook komt er een recht op werk voor mensen met een arbeidsbeperking en een nieuw type sociale werkvoorziening die zorgt voor betekenisvol werk dicht bij huis, met voldoende begeleiding en een volwaardig inkomen. Door deze maatregelen raken mensen minder snel geïsoleerd, en worden (ergere) klachten voorkomen.
Volt over (De)stigmatisering
Volt ziet voor dit onderwerp een belangrijke rol weggelegd voor maatschappelijke voorlichting. Wij zijn voorstander om al op scholen mentale gezondheid op te nemen, waardoor onder jongere generaties dit onderwerp beter bespreekbaar is en daarmee ook een bijdrage en verandering in de maatschappij teweegbrengen. Daarnaast is meer aandacht en voorlichting voor andere delen van de maatschappij wenselijk om meer kennis en begrip te kweken en daarmee stigma’s te doorbreken.
Volt wil dat zowel de overheid als gemeenten zich inzetten op het gebied van voorlichting.
ChristenUnie over (De)stigmatisering
De ChristenUnie staat voor een inclusieve samenleving waar ieder mee kan doen en samenleeft. Wij pleiten voor een breed maatschappelijk gesprek over geestelijke gezondheidszorg en psychische problematiek. Het (verder) medicaliseren van menselijke moeilijkheden is lang niet altijd de juiste weg. We hebben ook meer betrokkenheid bij elkaar en weerbaarheid bij tegenslag nodig. Het versterken van sociale verbanden, zelfhulpmodules, inzet op preventie en inzet van wijkteams, kunnen helpen om mensen en hun omgeving weerbaarder te maken tegen een psychische disbalans die zich voor kan doen. We zetten de mens centraal en niet de aandoening.